
Blogpost zaterdag 9 juli 2011 van Fred Schoorl
Wedergeboorte
Firenze, stad van de Renaissance. Wij zien de stad en weten dat het goed is. We hebben het gehaald. Meer dan 100 bakfietsen en bijna 1000km in 8 dagen. Van het Meer van Genève over de Alpen, door de Po, over de Appenijnen naar Toscane. En nu kijken we vanaf de Piazzale Michelangelo naar deze stad vol wonderen en toeristen. Daar ligt het, daar ligt Firenze te blakeren in de zon. De koepel van Il Duomo is de navel op deze altijd zwangere stad. We slaan elkaar alvast op de schouders en vragen een passant deze in wielerpakjes gehesen, transpirerende en met zoutkorsten overdekte groep wielervrienden te fotograferen. En zo geschiedde. Als klaroenstoot van onze overwinning liet Jaap al kilometers daarvoor in Vinci – van Leonardo – een briljante oprisping weergalmen over de heuvels. Een maagaubade die in sommige kringen ook wel boer wordt genoemd, maar zelden deze ceremoniële functie hebbend. Er volgt een korte sketch waarin we met de gedachte spelen dat dit geluid, hier op deze plaats, de Renaissancegedachte op geniale wijze in Jip en Janneketaal samenvat. Leonardo kan trots zijn!’ We lachen onze tanden bloot en zijn weer even de jongens die we zullen blijven. Blij en ondeugend. Doodmoe en dorstig. De Coca-Cola, grondstof van de oprisping, wordt gretig gedronken. Het is dan ook zo warm. Bloedheet.
We zijn vol goede moed vertrokken uit mooi Abetone. De afdaling naar La Lima is lang en afwisselend en de eerste juichkreten weerklinken in ons peloton als we in de verte Toscane ontwaren. Daar gaan we heen! Maar eerst nog 10 km omhoog naar Prunetta waar de cappucho’s en espresso’s wachten. En de weeën beginnen we dan echt te voelen. Weer zo’n goddelijk mooie afdaling, waar je nu niet alleen Toscane ziet, maar ook ruikt. Razendsnel door Femminamorta, want wij zijn op reis naar onze levende liefdes. In Cantagrillo zingen de cicaden omdat het er zo godvergeten heet is. We plakken aan het asfalt, we drinken gulzig uit onze bidons maar het helpt niet. En dan weer een wee. Een klim die pijn doet in het hele lijf. 8,4 km is de pijncurve omhoog. Cornelis gooit er een krachtterm uit, nu zijn derailleur hapert. Geen schaduw, wel stijging. Onno fietst ijzersterk en impulsief – ‘dan heb ik het gevoel iets gedaan te hebben’. Als ik naar mijn verzet kijk waaiert er een straaltje zoutwater vanaf mijn kin over mijn zilveren Van Nicholasfiets. En dan is het op bij Onno en ga ik op souplesse door naar de top die geen naam mag hebben. Achter mij wordt nog geleden in de zon, terwijl de gladiatoren zich een voor een bij mij in de schaduw koesteren. De longen, de benen, de handen, het hoofd, alles moet mee maar wil even niet meer. Het verbroedert en we gaan steeds meer als groep fietsen.
Het wordt stiller. Ik probeer Joris erbij te houden, terug te brengen bij de groep. Hij kan niet meer. Soms. Daan is van de weeromstuit verkeerd gereden, maar heet ons na de lunch weer vrolijk welkom in een dorpje dat wij ons zullen herinneren vanwege de koude drankjes. De vrucht moet geworpen worden, dus onze hete fietsen staan klaar voor de laatste weeën. Het wordt een negenling! De stad der wonderen laat zich af en toe zien. We weten. We voelen. We ruiken. We gaan het doen.
En dan fietsen we ineens Firenze binnen. Geen juichende menigte, maar het juicht in ons. Onze onmisbare wegkapitein Noud voert ons feilloos naar de plek en het moment. Onze wedergeboorte vindt plaats aan de oevers van de Arno. Remmen. Emotie. Hier zit een TV-programma in, denk ik nog. We omhelzen elkaar. We feliciteren elkaar. Mannen die stinken en zweten en kreten slaken als pasgeborenen. We worden weer geboren zonder te huilen, maar vol vreugde. Het houdt iets geks aangekomen te zijn en niet te weten: wat nu?. Zo zal het ieder kind ook vergaan. En een negenling na een bevalling van 8 dagen. Het hotel heet Privilege. De hotelier wil geen WiFi vanwege schadelijke straling. Er is wel bier. Koud bier. Trots proosten we op onze wedergeboorte. We zijn weer jonger geworden, zegt Peter. Een illusie rijker. Ik bel mijn lief. En mijn jongens, die niet opnemen. Het schemert. Op het plein van Santa Groce wordt gegeten en gesproken. De steen die dagelijks van eigenaar verwisselde – en verplichtte tot een speech over these en antithese, ja we zijn niet van de straat – vindt zijn bestemming in de Arno. We nemen nu gewoon afscheid. Omhelzingen, woorden, stilten. Het zit er op. Leve fietsen4fietsen! Volgend jaar weer? De volgende ochtend vergeet ik de kamersleutel af te geven.
Chanel EspadrillesBrowder talks last of FARSCAPE
woolrich kaufen he had been the 16th most liberal senator
com teaches you how to take care of turquoise jewelry
woolrich shop he had been the 16th most liberal senator