RSS feed
2019

Maandag 11 juni 2012, blogpost van Fred

VORMVERLIES

Ik beken, ik wil graag winnen. Deze sportieve deugd speelt mij nu parten. En dat lukt niet door vormverlies. Want na twee eerdere versies van fietsen4fietsen ben ik niet langer de te kloppen man, maar de geklopte man. Een mannetje. Gelukkig speel ik die rol met verve. Niet als enige, in de groep. Gelukkig is er een rijke wielerliteratuur over dit fenomeen. Dat helpt de acceptatie. De verhalen zijn legio. Over Poulidor en Zoetemelk, die meestal tweede werden, athans in de Tour. Over Mercx in zijn nadagen. Of Jan Janssen, waar Onno ons dagelijks over voorleest uit een prachtverhaal van Wilfried de Jong. Maar er zijn ook legio renners die het om mysterieuze redenen niet haalden, die rondscharrelden zonder palmares. Nederlandse wielrenners zijn sowieso goed in tweede worden. We missen panache, zoals Mart Smeets dat graag noemt. Ik mis dus vorm, denk ik. De mogelijkheid dat Noud, Cornelis, Peter en Jaap gewoon beter zijn gaat er bij mij niet in. Nee, het is vormverlies. Augustinus uit onze handbagage zegt toch ergens dat een beetje jokken mag? Maar het is allemaal waar, natuurlijk. In maart een ongeluk, met hoofdletsel. Wat dacht u? En nu? Het begon al met die pees in mijn hand en de verboden drugs die ik daarvoor moet slikken. Verder heb ik door privé-omstandigheden te weinig getraind en – natuurlijk – drukken die omstandigheden ook weer op de vorm. Zeker als je daarbij medicijnen slikt als Diclofenac ATC MO1 AB05 en moet smeren met hetzelfde goedje in gelvorm, net zolang dat het ‘in de huid wordt opgenomen’. Nu zag ik dat die huid ook lichtrood verbrand is, wat natuurlijk vormverlies bespoedigt. Zeker als je daar Diclofenac ATC MO1 AB05 op smeert in gelvorm. De overtollige gel afsmerend op je licht verbrande benen, waardoor de Diclofenac zich ook vanonder een weg door je lichaam baant. Vannacht voelde ik duidelijk dat het optrok vanuit de lendenen naar andere, gevoelige delen van het lichaam. Volgens de drie kantjes voorschriften kan het leiden tot impotentie. U begrijpt: dat is precies wat ik voel. Zeker als je dan ook nog zogenaamde blogjes moet schrijven, die de concentratie weghalen; overigens ook een teken van vormverlies: geen concentratie. En zo verschijn je dan, gekweld, getormenteerd, gedemotiveerd aan het ontbijt, waar de gastheer een monumentale sjagrijn blijkt te zijn, die er een kunst van maakt om lauwe capucchino te serveren. Ja, toon dan nog maar eens de vorm die de Koninginne-etappe nodig heeft! En dat is echt niet om met smoesjes te verbloemen dat het gewoon niet gaat. Echt niet. OK, mannen zijn hypochonders, volgens vrouwen. Maar vrouwen…nee, laat maar.

Toen wij vanmorgen in Assisi opstapten was ik dus uit vorm, net als de afgelopen dagen. Er wachten ruim 150 barre kilometers. Koud begonnen blijkt de weg opgebroken. Een nieuw viaduct dwingt de groep tot een tochtje over een puinweg, een wandeling door een olijfgaard, het op de schouder nemen van de fiets en een door wegwerkers begeleidde ontsnapping uit het puin. We bleven wonderwel kalm. Maar mijn vorm werd natuurlijk verder gedecimeerd door zoveel onverwachte obstakels. Bij Jaap kunt u ongetwijfeld verder lezen hoe de barre tocht zich ontwikkelde. Op de eerste twee heuvels van betekenis hing ik aan het elastiek van de kopgroep. Hijgend als een postpaard, met loden poten, zwetend als een otter, zag ik de mannen voor mij met hatelijk gemak de colletjes bedwingen. Na het tweede colletje had ik het iedereen verteld: ik ben uit vorm. Alsof de groep daarop zat te wachten, na twee jaar een beetje uitsloven en tarten op de flanken van andere kuitenbijters. Bibberend van de kou slurpte ik Cok’s tomatensoepje naar binnen, in het elegante plaatsje Monteleone di Spoleto.

De collectieve vertwijfeling in de groep. Iedereen gesloopt en nog 60 km te gaan. En ik: uit vorm! Jaap en ik spreken af de laatste hors category col rustig te gaan doen, zoals we dat altijd afspreken als we er toch weer als gekken tegenop vliegen. Aan de voet van de col staat een rood bord met een onverbiddelijk Chiuso! Gesloten dus. Verwarring. Net  als we besloten hebben een makkelijker route te nemen, blijkt Italie Italie te zijn. Een tegemoetkomende mecanicien roept uit zijn ploegauto ‘è aperto!’. De jongetjes onder de 23 jaar hebben net er hun Giro d’Italia op gereden. Er is geen weg terug, ook niet na het eresaluut van alle carabinieri die de berg inmiddels afzakken. De top van de Col de Terminillo – alsof het daar eindigt! – is in wolken gehuld. Maar goed, uit vorm of niet, ik ga ervoor. En ja hoor, als we de eerste meters maken ontorlt zich het bekende scenario. Onno laat zijn ontembare benen weerspreken en rijdt deberg op alsof hij een afspraakje heeft. Jaap en ik kijken elkaar aan. En ik…ga hem halen. Ik posteer me op kop haal hem terug en geef niet meer af. Als je uit vorm bent moet je dat niet laten zien. Dat hoort bij het toneelspel. Ik heb waratje mijn benen teruggevonden. Hoog tempo, strak op kop, niet omkijkend. Wel oog voor de prachtige beklimming. Als ik na ruim 10 km omkijk kijk in het frisse gelaat van Noud. ‘Hoe gaat i?’ vraagt hij tussen zijn ademstoten. Ik wil hem best mijn levensverhaal van, zeg, de afgelopen maand vertellen, maar zie er vanaf. We rijden even samen op. Dan zeg ik: ‘nog drie kilometer, toch.’. Stom! Vriendelijk lachend meldt Noud mij dat het nog 7,5 km is. Terstond ben ik in slechte vorm. En zie ik Noud’s indrukwekkende kuiten huppelend bij mij wegdansen. Ik kan niet meer. Afzien. Steendood zitten. Blijven draaien. Zuur, zout, bitter. Maar  een lekker stuk nieuw asfalt herpak ik mij. Achter mij zie ik roze schimmen naderen. Jaap en Peter? Ik ben dan wel uit vorm, maar geen watje. Wat daarna allemaal gebeurd vertel ik later wel aan mijn kleinkinderen als ze vragen: opa, wat is afzien? In ieder geval is er de idiote gedachte dat de nieuwe stukken asfalt een beloning zijn. Cok en Daan passeren mij nog: ‘ziet er geweldig uit!’ Wat? Dan kom ik boven de boomgrens. Nog meer bochten, nog langer. Noud had gelijk. Te steil die bocht! Nee, ik red het. Koude wind tegen. Ik voel me warm en koud. Moe en eufoor. Licht en zwaar. Uit vorm en in vorm. Augustinus en Andre Hazes. De streep! Noud is net afgestapt, na zijn indrukwekkende zegetocht. Cok en Daan applaudiseren. Flarden wolken kondigen onheil aan, maar ik stort me in hun armen en warmte. ‘Dacht dat je uit vorm was’ zegt Daan, die onder de indruk is van col en prestaties. De andere helden druppelen in de minuten daarna binnen: Jaap groots, Peter the Gladiator, Cornelis de taaie, Onno de oermens, André de broer en Joost de revelatie, die arriveert in dichte wolkenflarden. Verkleumd storten we ons fluks daarna in de afdaling, een 23 km lange orgastische stuurmansdans naar Rieti. Ik besluit voorlopig even niet meer over vorm te praten. Al voel ik mijn benen vreemd tintelen en heb ik natuurlijk veel te lang zitten schrijven, waardoor ik te kort slaap en….

I am a single mom of a beautiful lively 16 month old
Isabel Marant SneakerReally Inexpensive and Easy Recipes
Biggest sacrifice you’ve made for Fashion Souls
woolrich arctic parka damen And for the sounds of film noir

Biggest sacrifice you’ve made for Fashion Souls
woolrich fake fur And for the sounds of film noir