RSS feed
2019

Zondag, 17 juni 2012, blogpost van Jaap

Napoli – 17 juni. De slotkoers

 

Op een verrassend prettige lounge bank op het vliegveld van Napels schrijf ik dit laatste blogje, het is 6.30 u. Het duurt even voor ik de herinneringen aan de koers van gister in het werkgeheugen krijg.

Piedimonte, dat was het, aan de voet van de berg. Ontspannen op weg na croissantjes, koffie en een sportkrantje. Ontspannen over de laatste etappe, we zijn er bijna, nog 130 km te gaan, eigenlijk alleen de Vesuvius aan het eind om ons zorgen over te maken, maar dat is voor later. Eerst maar eens rustig uit de blokken.

Zo niet Peter. Bij de eerste geringste stijging van een meter of tien zet hij aan. Gewoon even lekker. En hij blijft de eerste 20 km uit het zicht van de groep, een kilometer voor ons uit fietsend, alleen. Gewoon even lekker.

Na een km of 30 dalen we van een heuvel en krijgen voor het eerst de Vesuvius in het vizier. Door wazige hitte rijst de vulkaan op aan de horizon, aan het eind van een vlakte met nog wat rimpels die op heuvels lijken.

Een klim richting Santa Agata en we doen het rustig aan, de nog vroege hitte drukt. Een oudere, gezette fietser komt de heuvel af. Verrast door  de schoonheid van de fieters4fietsers die in strakke cadans omhoog klimmen, lacht hij al zijn tanden bloot. Twee, om precies te zijn. “Laat die maar zitten” zei hij tegen de tandarts, “daarmee open ik mijn bidon op de fiets”.

Koffie in Santa Agata, bij het Castello Ducale uit de 15e eeuw. Ook hier zien we het patroon van de zaterdagochtend in Italiaanse dorpjes. De mannen scholen samen onder bomen, liefst in de buurt van een bar, voor weer een dag dolce far niente. De vrouwen scharrelen rond met boodschappentassen. Onze evolutionaire patronen zijn diep ingesleten hier, al lijkt het er niet op dat deze mannen ooit nog op jacht gaan of anderszins iets bijdragen.

Nog een kleine klim en dan de zinderende vlakte in die ons naar de voet van de Vesuvius brengt. Die voet heet hier Somma Vesuvia, aanmerkelijk minder bescheiden dan Piedimonte van vanmorgen. De lange weg is slecht en hobbelig. Het vuilnis aan de kant van de weg neemt snel toe, de geuren zijn niet meer van jasmijn en oleander, maar van vuil, dood en verderf. Wat een bende.

We eindigen in Somma bij het enige restaurant dat open lijkt. Het is 45 gr in de zon (schaduw is er niet). We schuilen echt tegen de hitte in het restaurant. Getekend, zoutranden op het gelaat en zware wallen. Een simpele pasta pomodore en liters water en cola doen goed. Cok mag zelfs een bouillonnetje voor ons trekken. Vertwijfeling over die ene laatste berg. Is alles al op of gaat het nog?

We treuzelen eindeloos bij het vertrek, ineens allemaal naar de wc en wachten totdat iemand zegt ” zullen we dan maar opstappen?”. Het is 36 gr in de schaduw en we gaan de Vesuvius op. Gekkenwerk. Maar niet klimmen is geen optie.

Eerst rond de berg door dorpjes met grote basaltkeien als wegdeksel, onze nieren en gewrichten worden opnieuw ingesteld.

Eindelijk de vulkaan op. Steil is die, de zwaarste klime van de hele week. Gemiddeld 8% over 10.4 km, met een paar keer stukken van boven de 12%. In het begin direct al, knarsend fiets ik achter Noud. Fred gaat hard weg, Peter volgt hem, dan Noud en ik. Even gaat Cornelis nog mee maar dan geeft hij op, bevangen door de hitte. Na een stuk genadeloze zon laat ik Noud gaan, de hitte zuigt alles leeg. Ik stop op 5.5 km onder een boom, gooi een bidon over me heen om af te koelen. Andre komt voorbij, teken dat ik er weer op moet. Het gaat beter nu, de verkoeling helpt en ik kan Andre weer voorbij. Het steilste stuk is boven, de laatste 500 mtr. En precies daar laat ik mn bidon vallen, die vrolijk de berg afrolt. Ik glibber er op mn fietsschoentjes achteraan, ga bijna onderuit. Uit stand op 12.3% weer opstappen. Het gaat, net. Boven klapt Cok me toe. Peter, Fred en Noud zitten er al, in die volgorde aangekomen. Peter, de nieuwe bergkoning, als eerste boven. Gewoon even lekker. Andre vertelt als hij boven komt dat hij onderweg een geweldig mooie vrouw zag die haar shirt uittrok om gefotografeerd te worden met Napels op de achtergrond. Wat klimmen op een vulkaan in de hitte al niet met je doet.

In de afdaling stoppen we voor plaatjes van de baai van Napels, met Capri voor de kust. Eenmaal beneden wachten ons bizarre steegjes en nog 20 km basaltkeien en andere kasseien. Ook hier brengt Noud ons feilloos naar het hotel, het is half acht en we hebben het weer gedaan. En weer zonder kleerscheuren. Ruim 920 km in zeven dagen fietsen, eindeloos klimmen en steeds warmer. Lange, zware dagen zijn het geweest. Zeg maar zeven Amstel Gold Races achter elkaar. De Giro Circa Cinquanta, met leesbrillen en al, kan het net aan. Met Augustinus hebben we gefietst, niet altijd gematigd, maar wel waarachtig.

’s Avonds aan het diner in een geweldig klein restaurantje midden in het sinistere Napels (geen plaats voor een talencursus voor uw kinderen) zijn we al weer monter. De benen voelen goed, de koppies zijn weliswaar afgetrokken, maar de grappen gaan als vanouds over tafel. En het gesprek gaat al weer over de tocht van volgend jaar. Napels – Athene, in vier dagen naar Bari, nachtboot naar Griekenland en dan nog drie dagen naar de Acropolis. Of door naar Sicilie om vandaar een jaar later de oversteek naar Spanje te maken? Het nieuwe avontuur wacht.

17 days of means
burberry scarfBridal Headbands for the Vintage Bride
Cloud Plays Critical Role in NCOIC Disaster Response Demonstration
woolrich vail parka in midnight blue form very easy discoveries

Cloud Plays Critical Role in NCOIC Disaster Response Demonstration
woolrich vail parka form very easy discoveries