
Blogpost van Jaap, 7 juni 2017, Adem
Vandaag eindeloos klimmen, 3x zo’n 1.000 meter omhoog, en niet hele makkelijke meters, af en toe fors steil. We beginnen gemoedelijk, langzaam omhoog langs de rivier de Isarco, over een briljant fietspad, ook hier weer neergelegd over een oud treinspoor dat in onbruik is geraakt. Met hoog boven ons een snelweg richting de Brennerpas, waar’30-tonnen diesels lekker in hun sas’ voortrazen, en toch is het hier stil, alleen maar het water naast ons, en de stilte van het fietsen met ontzag. Ontzag voor wat komen gaat. Ieder bereidt zich voor in zichzelf, voelen m’n benen goed, hoe moe ben ik eigenlijk, waarom rommelt m’n buik zo, heb ik wel voldoende bananen, bars en gelletjes bij me (die laatste gaan er bij mij nog steeds niet in, zeker niet na het onvrijwillige bermbezoek van Tom Dumoulin). Peter beklaagt zich op een moment dat hij helemaal niet stuk kan gaan bij het klimmen. Hij krijgt z’n hartslag niet omhoog. ‘Ademen moet je’, zei ik, ‘hard ademen!’ En dat doe ik zelf ook bij de eerste klim. Hard ademen, ook terwijl het voelt alsof het nog niet hoeft. Diep ademen, de longen leeg en weer vol, in een ritme. Het werkt weer! Vorig jaar ging ik stuk toen het niet lukte en kreeg ik het pas tegen het eind van de week voor elkaar. Ik merk nu dat als ik hard begin te ademen, in een stevig ritme, voordat het steile stuk (een paar keer 14%) begint, ik dat stuk veel makkelijker op kan. De pijn blijft weg, de pijn die elke keer weer het Verste Rekpunt aankondigt, het punt dat het elastiek van je lijf, je hart, je longen, je spieren, zelfs je zintuigen, dat alles te ver is opgerekt en je terug moet, langzamer, zodat je het nog net wel aan kunt. Als ik zo adem blijft het Verste Rekpunt weg, ver weg. Het gaat makkelijk. Soepel zo naar Ortisei waar de koffie wacht. Peter komt stralend aan: “Het werkt, ik heb hard geademd en het ging weer goed!” Het tweede stuk, naar de Passo Gardena is prachtig. Ik kom weer met Fred voorop. We zijn totaal onder de indruk van de machtige rotspartijen die scherp en hoog boven ons uit torenen. We vergeten af en toe gewoon dat we aan het klimmen zijn, zo in beslag genomen zijn we door de ontzagwekkende bergen. En de adem stuwt me voort. Ik voel dat als ik hard adem er kracht in m’n benen komt. Mn adem voelt als een blaasbalg die onvermoeibaar vuur in m’n lijf aanwakkert, ik kan niet eens langzamer gaan nu. De blaasbalg stuwt me voort, wat een fantastisch gevoel. Moeiteloos naar de top op 2.136 m. Een fantastische afdaling verder, een stukje gefilmd terwijl de snelheid maar opliep. We lunchen in het dal, heerlijke bouillon, een simpel broodje met kaas en tomaat en daar gaan we weer, voor de derde 1.000 meter omhoog, naar de Passo Valparola, op 2.168 m. Onno, in topvorm deze week, en Noud, vallen direct hard aan, sprinten weg op het eerste steile stuk. Ik explodeer bijna als ik probeer te volgen, alles verzuurt. Ik probeer de blaasbalg aan te krijgen, maar als ik hard adem komt alle bouillon er bijna weer uit. Ik moet het kalmer aan doen. Fred en Onno gaan hard verder, ik laat ze gaan. Langzaam komt het lijf tot rust en kan ik een mini-balgje aankrijgen. Het werkt! Onno komt weer in het zicht en ik adem harder. Onno hoort me van ver aankomen, “net een locomotief die omhoog kruipt” zegt hij als ik langszij kom. Ik kan zo nog kilometers verder klimmen. Kilometers waarin ik kan nadenken over het ademen. Als ik het goed doe geeft m’n adem het ritme van het klimmen aan. De adem geeft energie waarmee de benen aan de slag gaan. Hoe meer adem, des te meer kracht. Eerst adem, energie geven en dan komt de kracht. Als ik zwoeg gaat het net andersom. Elke pedaalslag vreet energie en de adem probeert daarna weer kracht terug te geven aan de spieren. De adem loopt achter de feiten aan, kan nooit genoeg geven om wat de spieren hebben verbruikt aan te vullen. En zo gaat het van kwaad tot erger, tot het Verste Rekpunt in zicht komt. En is het zo niet ook met het leven? De kunst is er eerst energie in te stoppen en dan komt het leven, in al zijn rijkheid en overweldigende mogelijkheden die waardevol, betekenisvol zijn naar je toe. Dan is het ook jouw leven. Misschien is het ook in het leven juist zo dat als het moeilijk wordt, als de klim steil wordt, je moet ademen, bewust ademen, hard ademen, het leven bij de kladden grijpen en niet laten wegglijden tot het Verste Rekpunt. Adem is niet voor niets spirit, levenskracht, levenslust. Ademen, leven dat het een lust is.
Jaap Winter