RSS feed
2023

16 juli Onmenselijke ellende, door jaap

Op onze lange tocht door het prachtige Europa is de Tweede Wereldoorlog nooit ver weg. De Tirpitz die door Engelse bommenwerpers bij Tromsø tot zinken werd gebracht. Het WO II museum in Kabelvåg op de Lofoten volgepropt met poppen in (winter)uniformen. De betonnen restanten van de Atlantikwall aan de Noorse en Duitse kust. In Duitsland het opvallende verschil tussen de stadjes die in de oorlog zijn platgebombardeerd en zij die gespaard zijn gebleven. Vandaag zijn we in Hildesheim, duidelijk zwaar beschadigd aan het eind van WO II. Wat een post-oorlog lelijkheid bij elkaar gebracht. Er is nog een historisch pleintje over, met pontificaal in het midden een Van de Valk hotel. Verschillende ‘oude’ gebouwen blijken 10, 20 jaar geleden weer opgetrokken te zijn. Gedenktekens zeggen dat de stad is gebombardeerd op 22 maart 1945.

Maar de echte ellende van de oorlog zagen we vanmorgen. We sliepen in Bergen, Dat bleek bij Belsen in de buurt te liggen. We realiseerden ons ineens dat het concentratiekamp Bergen-Belsen hier vlakbij moet hebben gelegen. We zijn er vanmorgen langs gefietst en zijn eigenlijk de hele dag onder de indruk. Ingetogen, stille gebouwen in een groot veld en bos. Massagraven met 1.000, 5.000, 800 en zo gaat het maar door anonieme doden. Op het veld met gedenkstenen ontdekken we een gedenksteen voor Margot en Anne Frank. Zij stierven hier kort na elkaar in maart 1945, misschien wel op de dag dat even verderop Hildesheim werd gebombardeerd, vlak voor het einde van de oorlog. Bergen-Belsen was geen vernietigingskamp maar het effect van structurele ondervoeding en gebrek aan kleding en warmte was hetzelfde. Het kamp werd op 15 april 1945 door Engelsen bevrijd en zij maakten onthutsende foto’s van willekeurige stapels met lijken, uitgemergelde levende mensen die zich met niets probeerden te redden. Het lijden hier moet verschikkeljk zijn geweest, de dood misschien vaak een verlossing. Naast dat onnoemelijke lijden zie ik de Duitsers op foto’s die het toebrengen, gedetailleerd administreren, organiseren. Je vraagt je af hoe dat kan bij zoveel onmenselijk lijden. Maar het kan dus, als je (bepaalde) mensen niet meer als mensen ziet. Ik moet denken aan Hannah Ahrendts reflecties naar aanleiding van het proces tegen Adolf Eichman die het transport van joden naar de kampen nauwgezet organiseerde. De banaliteit van het kwaad. Ahrendt zag in Eichman geen monster, maar een burgermannetje dat gewoon plichtsgetrouw zijn werk deed, zonder verder na te denken. Het kwaad gewoon gemaakt, misschien wel het ergste kwaad. Ook het ontluisterende boek The Kindly Ones van Jonathan Littell komt bij me op. Het verhaal van SS-officier Aue die deel neemt aan de verschrikkelijke jodenmoorden door de Einsatzgruppen in oa de Oekraine. Littell beschrijft de verschrikkingen in pijnlijk detail dat je bij het lezen de adem beneemt.  Littell laat zien hoe gewone mensen moordenaars worden. Aue houdt als verteller de lezer voor dat hij niet fundamenteel anders is dan de lezer. Met dat gevoel kijk ik naar de kampbewaarders op de foto’s. Het verklaart niet alles van de Tweede Wereldoorlog, de Duits Historiker strijd over de schuld van het Duitse volk, of dat het het volk maar overkwam, is nog niet beslecht en dat wordt het waarschijnlijk ook nooit. Maar het is een indringende boodschap, ook voor vandaag.