
Dialectisch fietsen, 5 juni, door jaap
Vandaag dan de etappe die de contrast-etappe van gister aankondigde. Een echte vette etappe: een stevige lange klim en de middag in de regen met veel korte, pittige stukjes omhoog. Door de these van de niet-memorabele etappe van gister treedt de anit-these van de alleszins memorabele etappe van vandaag aan het licht. Die dialectiek is in feite de rode draad door ons fietsen. De inspanning en soms de pijn van het klimmen lokken een reactie uit van ontspanning en zelfs ook genot, het genot van de moeiteloze snelheid tijdens het dalen. Daarom is fietsen tegen de wind ook zoveel zwaarder dan klimmen. Aan elke klim komt, op redelijke afzienbare afstand, een eind waarna de daling alles weer goed maakt. Terwijl je uren tegen de wind in kunt fietsen als die verkeerd staat, zonder enige beloning. Als je een rondje fietst zou het op een gegeven moment beter moeten gaan maar ook dan kun je pech hebben dat op de terugweg de wind is gedraaid, weer tegen. Tegen de wind in fietsen heeft iets anti-dialectisch, de wisselwerking ontbreekt te vaak. Door de wisselwerking van het klimmen en dalen komen we steeds weer ergens anders. We keren nooit terug naar waar we geweest zijn, de wisselwerking van tegenstellingen brengt ons steeds weer verder. Panta rhei, zei Heraclitus al, alles stroomt. Je kunt niet twee keer in dezelfde rivier stappen. Dat is echte dialectiek. These leidt tot anti-these die leidt tot een nieuwe synthese die these en anti-these omvat en dus niet hetzelfde kan zijn als de oorspronkelijke these. De synthese leent zich wel weer voor een wisselwerking met een nieuwe anti-these. De materiele werkelijkheid en onze samenlevingen, en ons denken daarover, ontwikkelen zich tot op zekere hoogte dialectisch. Tijden van grotere vrijheid worden afgewisseld met tijden van grotere beperking, maar dan wel in een werkelijkheid die door de grotere vrijheid, door innovatie en wat dat allemaal meebrengt is veranderd. Tijden van geloof in het goede, de inspiratie van de mens die ruim baan moet worden gegeven, worden afgewisseld met tijden van angst voor hoe vernietigend de mens voor anderen en de wereld kan zijn en daarom moet worden beteugeld. Tijden van eendrachtigheid in het peloton, van fietsen in een goed tempo om samen zo efficient mogelijk voortgang te maken, worden afgewisseld met tijden bol van zelfexpressie, competitiedrang, als eerste boven willen zijn en een algeheel negeren van de mede-fietsers. Het omslagpunt is moeilijk te voorspellen. Het kan een heuveltje zijn dat de Olifanten prikkelt. Of de laatste vijf kilometer van een etappe. Dialectiek zit met name in de hoofden van de Berijders, de Olifanten hebben zo hun eigen werkelijkheid. Wie gister nog heel sociaal voor een ander reed, krijgt het vandaag op zn heupen en biedt met ieder de strijd aan. Op de lange klim vanmorgen had ik me voorgenomen om met Maurits een mooie rustige klim te doen. De rest van de troep was met open gesperde ogen en monden al ver vooruit gedenderd. Tot de “rescue wagen” in de baan kwam, in de vorm van een ploeg mannen die struiken langs de weg omzaagden en de weg blokkeerden. De wedstrijd werd geneutraliseerd, we haalden de strijdvaardigen weer bij die bij de versperring bananen en ander lekkers stonden te peuzelen. Maurits zag als een fietsende Max Verstappen zijn kans schoon om al wandelend met de fiets in de hand gewoon langs de versperring te lopen, een anti-these tegenover het brave wachten in de pitsstraat door de strijdvaardigen. Torn de weg eenmaal schoongeveegd was, ontspon de synthese zich als een grote inhaalrace om zo snel mogelijk de berg op te komen. Verderop weer bij Maurits aangekomen was De Olifant in mij niet in staat terug te gaan naar de these van samen met Maurits omhoog fietsen, die werkelijkheid bestond niet meer. Er werd hard doorgeklepperd. Fred verslaat uiteindelijk Simon, een these waar Simon de hele dag niet over uitgesproken raakt en die morgen ongetwijfeld tot een stevige anti-these van zijn zijde zal leiden. We zijn benieuwd naar de synthese. Noud en ik trappen er stevig achteraan, maar zonder strijd dit keer, een synthese na de zetten en tegenzetten in onze strijd van een paar dagen geleden. En zo fietsen wij dialectisch verder, naar telkens nieuwe werkelijkheden. We kunnen er geen genoeg van krijgen.