RSS feed
2023

Gevoel. 5 juni, door Fred

Gevoel. Het is geen mannenwoord. Dat zeg ik niet vanuit een soort hovaardigheid, maar het blijft ingewikkeld om met een groep mannen over gevoel te praten. Zo niet bij ons F4F-gezelschap. Wij weten het zelfs zo te plooien – we blijven mannen – dat het ook over ‘fietsen met gevoel’ gaat. Voor u uw laptop of computer afsluit, het is ècht een thema. Fietsen met gevoel is zelfs te leren!. U kon bij Jaap lezen hoe we relatieve nieuweling Simon moesten leren hoe je met gevoel een peloton aanvoert, opdat je niet steeds verbaasd tot de conclusie komt dat je wéér alleen rijdt. Dat je niet alleen kracht moet terugnemen, of juist moet aanzetten op momenten dat je bijvoorbeeld daalt, maar ook dat je ‘de groep moet voelen’. Iets wat ook Onno, Peter en ikzelf nog wel als aandachtspunt hebben. Het is eigenlijk intuïtie. Ik ben namelijk wel een fan. Je rijdt voorop, en hoort je makkers achter je. Een vermoeden van een rij wielrenners die zich moeten aanpassen aan jouw snelheid, stuurmanskunst en ‘gevoel’. Het is dansen zonder partner, maar op wielen. Met wat profs doen in een ploegentijdrit als absolute hoogmis van het rijden in een groep. Vandaag ging het over ‘op gevoel klimmen’ dat beter zou zijn dan met de tegenwoordige gadgetmetertjes. Cornelis en zeker Noud maken daarvoor beperkt gebruik van hun metertjes. Jaap enigszins, maar ook hij geeft de voorkeur aan het goed aanvoelen wat je moet doen en niet moet doen. Wanneer je gas moet terugnemen of juist versnellen. Zelf fiets ik ook met zo’n vermaledijde Garmin op mijn stuur. Snelheid, hartslag, stijgingspercentage, alles is afleesbaar. En toch weet ik, voel ik zelf meestal hoe de vlag erbij hangt. Je ademhaling, het zuur in de benen, de pijn in je spieren, de onrust of helderheid in je hoofd, al deze dingen maken dat ik uiteindelijk op gevoel inschat dat ik op koers zit. Dat ik het ga halen, soms op mijn gemak, soms als uiterste inspanning, waarbij je soms ineens besluit vol te gaan. Als bij toverslag. Vanmorgen in alle vroegte en heerlijk weer begonnen we vanuit hotel Golden Eagle aan een klim in het gebied van Stravnické vrchy, u weet wel. De aanloop vanaf Levice was al mooi, maar de beklimming sloeg alles. Prachtig groen, bos, doorkijkjes, vogels, planten. Dan juicht het in je hart, alles lokt en roept. Je denkt aan van alles, tot aan symfonieën toe. Je wil je geluk wel uitschreeuwen en denkt niet aan hard fietsen, maar gewoon op tempo dit alles naar binnen zuigen. Tot deze idylle – die al wel een beetje op de hielen werd gezeten door het  lichamelijk ongemak van de inspanning – wreed werd onderbroken door houtvesters, met motorzagen. Een contrapunt, zeg maar. Toen we onze weg vervolgden ging ik weer op zoek naar dat heerlijke gevoel. Maar in plaats van daartoe mijn gevoel te volgen, ging ik steeds harder fietsen. Sterker nog, op mijn Garmin verschenen kritische waarden. Zo bleven alleen Simon en ik als hijgende postpaarden over, op het prachtige asfalt naar een vermoedde top die ergens moest liggen. Simon gelooft niet in metertjes, rijdt op gevoel en doet dat niet ‘met mate’. We monsterden elkaar, zonder dat expliciet te maken. Zo gaat dat. Tussen het hijgen door vielen halve zinnen, of alleen woordjes. Je raakt dan langzaam aan niet alleen een beetje los van elkaar, maar ook van de bekoring van de berg. Bij mezelf merkte ik niets meer van symfonie, meer iets van hardrock of heavy metal. Op zoek naar het gevoel niet meer te kunnen verbaasde ik mezelf echter…door nog steeds wel te kunnen. Soms lukt dat. Door en door en door. Op de top van mijn kunnen is overigens niet op de top van mijn gevoel. Tot ik eindelijk boven was en in een bocht neerstreek, zwetend, ademend, maar zó voldaan. De hartslag daalde snel, het landschap begon weer te stralen en ik zag dat het goed was. En toch was er ook dat ‘normale’ prestatiegevoel – is dat wel gevoel? Eerste boven, al was het natuurlijk geen wedstrijd, toch?. Toen mijn klimcompagnon een paar minuten later naast mij remde zag ik de verbazing: ‘wat heb jij geslikt?’. Niets. Maar ook: niets mannelijks is mij vreemd: het was een heel basaal gevoel dat mij dreef. Winnen. Niets meer, niets minder. Dàt gevoel.